Feuilleton Abramovic - PhD

Aflevering 106 Feministische kunst: één soort kunst voor alle vrouwen?

Foto: Susan Hol, 2019, van eigen exemplaar catalogus feministische kunst internationaal, p.29. Kunstwerk van Suze Robertson, getiteld: Spinster. Houtskool en conté op papier, 48x32cm, Haags Gemeentemuseum.

Omdat de samenstellers van de tentoonstelling feministische kunst internationaal (1978) ervan uitgaan dat feministische kunst een vertellende, betogende kunst is (zie aflevering 105), hebben zij de tentoonstelling naar onderwerp ingericht en niet naar vormcriteria. Zij hebben de volgende thema’s gekozen:

  • bewustwording van en verzet tegen stereotype rolpatronen van mannen en vrouwen;
  • herwaardering van creatieve uitingen van vrouwen in het verleden en in andere culturen;
  • vrouwelijke seksualiteit in de feministische kunst;
  • zoeken naar inspirerende voorbeelden van vrouwen uit heden en verleden, die laten zien dat een vrouw meer en anders kan zijn dan de gangbare clichés vrouwen graag doen geloven;
  • samenwerking tussen feministische kunstenaressen onderling en tussen de feministische kunstenares en haar vrouwenpubliek.

Deze indeling naar onderwerp zien de samenstellers van de tentoonstelling ook als een mogelijkheid om over kunstwerken te discussiëren in het licht van de diverse feministische ideologieën.

Door het label ‘feministische kunst’ lijkt het over één soort kunst voor alle vrouwen te gaan, maar dit is zeker niet het geval. ‘De kwaliteit van het feministische kunstwerk’, zo schrijft Halbertsma, ‘laat zich niet afmeten aan de mate waarin het door zoveel mogelijk vrouwen wordt begrepen en gewaardeerd, noch aan de omvang van het vrouwenpubliek dat het weet te bereiken.’

Nu was het niet zo dat alleen de inhoud van de gekozen werken telde. Bij de selectie van werken voor de tentoonstelling werd ook gekeken naar compositie, vorm, kleur, materiaal en techniek. Het criterium was dat de inhoud feministisch moest zijn, maar wel beeldend adequaat en interessant geformuleerd. Clichés moesten formeel en inhoudelijk vermeden worden.

De samenstellers van de tentoonstelling feministische kunst internationaal (1978) kozen de meest recente werken, ‘aangezien het feminisme een tijdsgebonden stroming is en steeds verandert’, zo schrijft Halbertsma.

De vrouwen die de tentoonstelling samenstelden ontdekten wel dat de kwaliteitsnormen uit de door mannen gedomineerde kunstgeschiedenis, kunstkritiek en kunstpolitiek, niet zomaar weg waren. Ze worstelden ermee, en zo ook de kunstenaressen, vooral als het ging om de formele kanten van het kunstwerk. Er werd hard gezocht naar een eigen feministische norm voor het maken en beoordelen van kunst, los van de mannelijke normen voor ‘mooi’ en ‘lelijk’.

About the author

Susan Hol

Ontdek meer van Susan Hol

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder