Foto gevonden op Chicago’s website.
Hoe wist Judy Chicago bekend te worden?
Door haar vrouwelijkheid zo goed mogelijk te onderdrukken.
Een uiterst lastige klus, maar blijkbaar toch redelijk goed gelukt. Want hoe minder zij als vrouw zichtbaar was in haar werk, hoe meer de mannen die de kunstwereld domineerden er iets van konden begrijpen. Niet toevallig vestigde ze daardoor rond 1965 haar reputatie als kunstenaar, vertelt ze Lucy R. Lippard in het interview (Artforum, 13, no.1, september 1974, zie ook aflevering 107).
Helaas hielp dat niet genoeg. Terwijl ze steeds beter werd, bleef haar carrière hangen op hetzelfde niveau. Ondertussen zaten de carrières van de meeste van haar mannelijke collega’s en leeftijdgenoten in de lift. Was er iets mis met haar? Dat weigerde ze te geloven en ging hardnekkig door!
Het vreemde was dat ze echt wel mensen kon raken met haar werk. Alleen gingen ze dan helemaal uit hun dak bij één werk en kreeg ze een heleboel feedback op dat ene werk. Verder was er niemand geïnteresseerd in haar samenhangende hoeveelheid werk, de hele serie ideeën die ze voortbracht. Ze werd zich ervan bewust dat het een brug te ver was voor de mannen om een vrouw serieus nemen op het gebied van ideeën. Die plek in de kunstwereld kon ze op haar buik schrijven.
Een hopeloze zaak? Een beetje wel, want welke kant moet je op als je jezelf grotendeels aan de kant zet om het te maken in de door mannen gedomineerde kunstwereld en dan toch alleen maar steeds op een dichte deur staat te bonzen?
Je bent je vrouwelijkheid kwijt, maar een man word je nooit. Ergens, bewust of onbewust, moet Judy Chicago ‘fuck it’ gedacht hebben, want in 1968 gaat ze aan de slag met ronde vormen: koepels ofwel domes. Eerst in kleine sculpturen van staal en brons, vervolgens getekend met zachte rondingen en zachte tinten. Ze was duidelijk bezig met meer onderzoek naar haar eigen onderwerpen (op haar site is die ontwikkeling te zien, bij early work, 1965-1973). Al koos ze nog steeds een vorm die acceptabel werd gevonden in de mannelijke kunstwereld, waarin formalisme hoogtij vierde.
Langzaam maar zeker maakt ze de schade ongedaan die ze zichzelf had toegebracht door steeds weer een plek te bevechten in de door mannen gedomineerde kunstwereld. Ze wilde toewerken naar meer kwetsbaarheid en openheid in haar kunstwerken. Ze ging zachter materiaal gebruiken, zoals canvas, in plaats van het harde plexiglas.
Tegelijkertijd bleef ze denken dat als haar werk beter werd, alles zou veranderen…