Feuilleton Abramovic - PhD

Aflevering 202 Woedende jaren 1970 feministisch kunstenaar schildert nu stoere bonkige tractors

Screenshot. Zie voor het YouTube filmpje (1:04 minuten) de link onderaan deze aflevering.

Niet alleen in het boek My secret garden (Diepe gronden) van Nancy Friday uit 1973 praten vrouwen vrijelijk over hun seksuele fantasieën (zie ook aflevering 194), dat gebeurde ook in bewustwordingsprogramma’s in vrouwenhuizen (Rosa Lindenburg, feministische kunst internationaal, 1978, p.47).

Voor vrouwelijke kunstenaars zijn die gesprekken dé aanleiding om niet alleen over seksualiteit te sparren met allerlei vrouwen, maar ook om met seksuele frustraties aan de slag te gaan ‘en daarmee nieuwe energie en creativiteit vrij te maken’ (1978, p.47). Het waren Judy Chicago en Miriam Schapiro die op het idee kwamen dit als educatief materiaal in te zetten (zie aflevering 110). En dat leidde weer tot het onderzoek naar de vrouwelijke beeldtaal (zie de afleveringen 104-114, 133, 139-157).

Populair middel bij deze kunstenaars is het eigen naakte lichaam. Zij voeren bijvoorbeeld naakt een performance uit of gaan het eigen naakte lichaam te lijf in – de uit de performance en conceptuele kunst ontstane – bodyart. Volgens Lindenburg is dit op zichzelf al taboedoorbrekend, ‘omdat de mannelijke wereld de vrouw als seksobject blijft bekijken’. Ze noemt als voorbeeld Carolee Schneemann en haar performance Interior Scroll, waarbij Schneemann naakt een opgerolde tekst uit haar vagina haalt (zie aflevering 183). ‘De vagina als bron van leven staat hier ook voor de bron van kennis over leven’, merkt Lindenburg gevat op. (1978, p.47)

De kunstenaar die in haar werk aan de slag gaat met aspecten van haar eigen seksuele bewustwordingsproces, volgt een dubbel spoor: een persoonlijke en een beroepsmatige weg. Aangezien het persoonlijke een rol speelt, loopt de kunstenaar tegen dezelfde dingen aan als andere feministen. Lindenburg heeft een handzaam lijstje gemaakt van onderwerpen waarmee feministische kunstenaars zich bezighouden:

  1. agressie tegen het stereotype vrouwbeeld als seksobject
  2. woede over de lichamelijke geconditioneerdheid van de vrouw
  3. taboes over vrouwelijk lichaam en seksualiteit doorbreken
  4. bevrijding en herwaardering eigen lichaam, seksualiteit en erotiek
  5. openlijke interesse van vrouwen voor mannelijke lichamelijkheid en seksualiteit
  6. lesbische erotiek
  7. androgynie
  8. vrouwelijke beeldtaal (female imagery).

Hierbij is de volgorde 1 tot 4 geen toevallige, het zijn de stadia die elke vrouw – dus ook de kunstenaar – doorloopt tijdens het bewustwordingsproces, aldus Lindenburg. (1978, p.48)

Toch maakt de kunstenaar haar eigen keuzes in het bepalen van haar beeldende kunst onderwerp. Kunstenaars kennende, zullen zij niet ‘keurig’ een voor een de drie stadia verbeelden. Bovendien zal de persoonlijke voorkeur een belangrijke rol spelen, gezien de verwevenheid van het beroepsmatige en persoonlijke deel als het gaat om seksualiteit.

Een aantal voorbeelden bij punt 1. agressie tegen het stereotype vrouwbeeld als seksobject, is werk van Joan Semmel (zie afleveringen 194 en 197), Inez van Beusekom (aflevering 191) en Dottie Attie (aflevering 154).

Voorbeelden bij punt 2. woede over de lichamelijke geconditioneerdheid van de vrouw, zijn de kunstwerken van Maina-Miriam Munsky (aflevering 190), Juanita McNeely (aflevering 198), Miriam Cahn (afleveringen 150-151), Andreina Robotti (aflevering 152) en Karen Carson, die een geweldige website blijkt te hebben, echt genieten die kunstwerken van haar. Als je op haar site op Past Work klikt en Beds kiest, kom je bij het werk uit de jaren 1970 wat bij dit punt b past. En wat ze nu schildert zie je ook in dit filmpje. Ik vind dat geweldig! 🙂

About the author

Susan Hol

Ontdek meer van Susan Hol

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder