Feuilleton Abramovic - PhD

Aflevering 21 Gepastheid, invoelen, emoties

Susan Hol, Torenhaan, 2013 (niet meer verkrijgbaar).

Hoe gepast is je vermogen tot invoelen bij het bekijken van een kunstwerk?

Als ik verrast, geschokt, ademloos en sprakeloos of vol afschuw ben, staan dan niet vooral mijn emoties op de voorgrond? Hebben deze emoties nog wel iets te maken met dat wat gepresenteerd wordt? Is dat niet iets dat alleen te maken heeft met mij als toeschouwer?

Volgens de filosoof David Hume (1711-1776) is er een soort ‘samenwerking’ tussen object en geest. Hij bedoelt daarmee dat een object een schoonheidsemotie kan veroorzaken, maar dat je die emotie niet terugvindt in het object zelf.

Een emotie laat volgens Hume alleen zien dat er iets gaande is tussen jou (je geestelijke vermogens) en het object. Als er niks met je gebeurt bij het zien van een object, kan die emotie ook niet ontstaan.

Een object kan iets in je teweegbrengen, maar wát het teweegbrengt – de emotie – hoort alleen bij jou en is niet terug te vinden in het object.

Hume noemt de schoonheidsemotie een heel fijngevoelige en tere, zachte emotie. Het is deze emotie die je aanzet tot nader onderzoek van het object. Hume schrijft al deze ideeën in Of the Standard of Taste, 1760.

En precies daar zit volgens mij de sleutel tot gepastheid: emoties die je aanzetten tot nader onderzoek van het object, het kunstwerk.

Het gaat niet om de bevrediging of bevestiging van jouw privé-emotie die je op dat moment hebt, zoals een kop koffie tegemoetkomt aan je behoefte aan cafeïne, warmte of gevoel van gezelligheid. Het gaat in eerste instantie om het werk.

Als je dat kunstwerk niet had gezien, had je die specifieke emotie niet gehad. Bij gepastheid hoort dan ook nader onderzoek van jezelf, want hoe gepast zijn je emoties bij het kunstwerk op dat moment?

Emoties zijn ongrijpbaar, vluchtig en kunnen zomaar veranderen als de omstandigheden veranderen. Je zit bijvoorbeeld vrolijk op een terras in de zon met een stel vrienden en krijgt ineens het bericht dat een dierbaar familielid is overleden. Je emoties veranderen in een klap van vrolijk naar heel verdrietig. Of je zit wat te somberen in je eentje en hoort dat je eindelijk die felbegeerde baan hebt gekregen. Plotseling ben je buiten jezelf van blijdschap.

Doordat emoties ongrijpbaar en vluchtig zijn, en zomaar kunnen veranderen, is het lastig om te bepalen in hoeverre je emoties bij een kunstwerk te maken hebben met dat kunstwerk. Zijn ze opgeroepen door dat object? Komt het doordat er iets gaande is tussen jou en dat object? Of had je die emoties al toen je het object tegenkwam en worden ze versterkt bij het zien van het object?

About the author

Susan Hol

Ontdek meer van Susan Hol

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder