Feuilleton Abramovic - PhD

Aflevering 233 Kunst van sociaal nut en belang

Foto links gevonden bij Correction History. Foto rechts gevonden op Pinterest.

In het Amerika van de jaren 1930 was een omvangrijk sociaal en economisch hervormingsprogramma in het leven geroepen, de zogenoemde New Deal. Met dit programma wilde de toenmalige president Franklin Roosevelt het land uit het slop trekken ten tijde van de grote economische depressie (ontstaan door de beurskrach van 1929).

Als onderdeel van deze New Deal ontstonden kunstprojecten die kansen boden aan kunstenaars (v/m) om werk te maken dat commentaar leverde op de sociale situatie van dat moment, zo schrijft Linda Nochlin (Some Women Realists, 1974, in: Women, Art, and Power and Other Essays, 1988, p.89).

De kunstwerken werden vaak gecreëerd op muren van openbare instellingen waar de boodschap van het werk goed paste bij het publiek dat zich in en rondom die gebouwen bevond. Er waren diverse vrouwelijke kunstenaars die hun kans grepen om een door de regering financieel gesteunde opdracht op eigen wijze in te vullen: ze maakten enorme muurschilderingen waarin ze hun commentaar verwerkten op de sociale kwesties die vooral vrouwen troffen of waarin vrouwen het kritische motief vormden. (1988, p.89).

In feite verschilden deze muurschilderingen niet veel van de negentiende-eeuwse Victoriaanse realistische schilderijen, zoals die van Emily Mary Osborn (zie aflevering 232). Een van de navolgers van het realisme van Osborn was kunstenaar Lucienne Bloch (1909-1999). Zij maakte bijvoorbeeld een ambitieuze muurschildering (zie afbeelding bij deze aflevering) voor het Women’s House of Detention, ofwel de vrouwengevangenis, in New York in 1936.

Bloch koos voor die muurschildering een voor het vrouwelijke publiek relevant thema: de levenscyclus van vrouwen. Ze plaatste dat thema in een context die bekend was voor de vrouwelijke gevangenen: een speelplaats in de stad in een district waar vooral de werkende klasse woonde.

Volgens Nochlin is bij deze muurschildering een bepaalde didactische ondertoon zichtbaar in de iconografie, dat wil zeggen dat zwarte en witte kinderen met elkaar spelen, speelgoed en eten delen, terwijl hun moeders gezellig met elkaar kletsen. Een onbedoeld somber aspect valt op door het feit dat een stadsgezicht van fabrieken, wolkenkrabbers en gastanks bijna letterlijk de horizon afsluit, aldus Nochlin (1988, p.89-90).

Bloch wilde dat haar kunst van sociaal nut en belang was en was daar duidelijk in. Zo kon ze, naar haar eigen idee, met haar muurschildering de grauwheid en somberheid van de gevangenisomgeving enigszins compenseren met de heldere kleuren en gedurfde lijnen in het werk. Verder koos ze een onderwerp dichtbij de vrouwen, die bijna allemaal waren opgegroeid in armoede en achterstandswijken, namelijk kinderen in een zo doodgewoon mogelijk New Yorks landschap. Met deze ‘doodgewone’ aanpak probeerde ze tegelijkertijd hun idee dat kunst iets van de elite is, te bestrijden, dat ze het niet op een voetstuk hoefden te plaatsen, dat kunst er niet alleen is voor museumstudenten, kunstbeschermers en kunsthandelaren. (1988, p.90)

Tot slot merkte ze dat haar fysieke aanwezigheid tijdens het maken van de muurschildering van belang was.

About the author

Susan Hol

Ontdek meer van Susan Hol

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder