Feuilleton Abramovic - PhD

Aflevering 346 Geen gepriegel met kleurenvlakjes

Monica Sjöö met links: God giving birth, 1969, oil on canvas; en rechts: ???, misschien de tekst die bovenaan het schilderij staat: celebrating the great mother crete 2000 BC.

Foto gevonden bij Missing Witches.

‘Vrouwelijke kunstenaars maken contact met elkaar, komen uit hun isolement’, schrijft Liz Moore in haar statement in 1971 bij de tentoonstelling van de Women’s Liberation Art Group (zie aflevering 345). En ze vervolgt met:

‘We beginnen de waarde van ons eigen en elkaars werk te erkennen; te leren om het zonder mannelijke goedkeuring te stellen, trots te zijn om in elkaars gezelschap te exposeren. We leren elkaar het vertrouwen te geven om onze eigen visie op een nieuw bewustzijn te verkennen en te ontwikkelen: en we geloven dat de bestaande op mannen georiënteerde kunstwereld, verwrongen als het is, vervormd tot een soort internationale aandelenmarkt, de transfusie nodig heeft van deze nieuwe visie en dit nieuwe bewustzijn om te kunnen overleven.’*

Het jaar erop, in 1972, zo schrijven Parker en Pollock, stelt Liz Moore samen met Monica Sjöö (1938-2005) eigen werk ten toon op de National Women’s Liberation Conference, in Londen. Zij weten een levendig debat uit te lokken met de opmerking dat figuratieve schilderijen de enige passende stijl is voor feministische kunstenaars.*

Sjöö werkt haar ideeën over de anti-abstractiepositie uit in een pamflet, getiteld Towards a Revolutionary Feminist Art. Het stuk is een begeleidend schrijven bij de tentoonstelling Womenpower, die plaatsvond in 1973 in de Swiss Cottage Library in Londen. Parker en Pollock nemen uit dat stuk van Sjöö het volgende citaat op:

‘We betreuren de abstracte onderzoeken, speelse gimmicks die kenmerkend zijn voor tevreden en succesvolle mannelijke kunstenaars. Hoewel we ons ervan bewust zijn dat deze niet geheel zonder doel en interesse zijn, hebben we het gevoel dat het niet mogelijk is als leden van een onderdrukte groep – de helft van het menselijk ras – en met een krachtig communicatiemiddel in onze handen om maar een beetje te gaan zitten spelen met de realiteit van het oppervlak.’*

Ofwel, niet met de (abstracte) verdeling van vlakjes gaan zitten priegelen, vermoed ik zo, maar iets maken dat daadwerkelijk iets te zeggen/betekenen heeft. En Sjöö geeft zelf het voorbeeld, getuige haar werken in de afbeelding bij deze aflevering.

*Uit het boek Framing Feminism, Art and the Women’s Movement 1970-85. Eds. Roszika Parker en Griselda Pollock, Pandora Press, Londen, 1987, pp.3-78

About the author

Susan Hol

Ontdek meer van Susan Hol

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder