Foto gevonden bij Invisibility of Process blog.
Bij het grootschalige installatiekunstwerk in een verkrot rijtjeshuis, getiteld A Woman’s Place, werkt Kate Walker met objecten, assemblages (gevonden objecten samenvoegen tot een nieuwe compositie) en de omgeving (zie aflevering 401). Ze gaat daarnaast wel door met tekenen en schilderen, schrijft Lisa Tickner, maar dat heeft meer het karakter van persoonlijke expressie.*
Walker ontdekt vooral dat ze veel sneller kan werken met objecten. De dingen die ze vindt om mee te werken, hebben van zichzelf al betekenissen. Ze gebruikt die betekenissen om tot meer onmiddellijke resultaten te komen. Ze merkt ook dat het werken met objecten veel gemakkelijker kan integreren met het gezinsleven.*
‘Ik kwam er plotseling achter, weet je, na tien jaar – het kost tien jaar om deze dingen te zien!! – dat manieren van werken veel meer zijn afgestemd op de mannelijke manier van leven’, aldus Walker in een interview met Tickner.*
Schilderen is een langzaam en intens proces. Het is bijzonder weerbarstig als je het een radicale inhoud wilt geven. De barsten die zijn ontstaan in het gescheiden houden van verschillende media, zoals performance en assemblage, leveren een veel vruchtbaarder werkgebied op. Dat wat voorhanden is bepaalt het werkmateriaal. Niet omdat het zo gemakkelijk is, maar juist omdat ze passen bij de doelen van de kunstenaar. Het spul uit de vuilnisbak is al rijk aan betekenissen. Walker onderzoekt deze objecten met hernieuwde belangstelling, als materiaal en qua ideeën, en dát is wat haar interesseert.*
Door doelbewust clichébeelden te kiezen die doordrenkt zijn van betekenis, aldus Tickner, is de kans dat Walker verkeerd wordt begrepen veel kleiner, zelfs als ze het probeert te ondermijnen en de tegenstrijdigheden erin bloot te leggen. Dit is waarschijnlijk niet de meest toegankelijke manier om nieuwe content en misschien wel een heel nieuwe vorm neer te zetten, schrijft Tickner, maar het zou zomaar de enige kunnen zijn.*
Nieuwe en utopische kunst kan niet los van de bestaande tradities gemaakt worden, maar moet ontstaan uit een dialoog ermee, zo stelt Tickner*, en dat klinkt als de filosoof Jerrold Levinson en zijn kunstbewuste makers van kunst (zie aflevering 44 en verder).
Tickner wil tot slot van haar artikel twee gerelateerde punten over de toekomst maken.