Foto gevonden bij Archive Ica.
De artist ofwel kunstenaar maakt deel uit van een cultuur die vanaf de negentiende eeuw is gedefinieerd, gefinancierd en geconsumeerd door de midden- en heersende klasse, schrijft Sally Potter in haar artikel On shows (zie ook aflevering 433).*
Hoe gaan kunstenaars om met de last van deze klassengeschiedenis en wat betekent het voor hen? Potter stelt de vraag en beantwoord hem ook.*
Voor sommigen, schrijft ze, is het kunstwerk zelf een kritiek op kunst en de voorgeschreven rol van de kunstenaar. Dit is een continue vorm van een naar zichzelf verwijzend protest (gevolgd door kritiek op hoe het protest tot verkoopbaar kunstvoorwerp is geworden).*
Anderen geven prioriteit aan het vernietigen van de geformuleerde definitie, schrijft Potter. Zij willen aantonen dat de vaardige handwerker (artisan, zie aflevering 433) net zo goed intellectuele, verbeeldingsvolle of creatieve doelen heeft en daarin niet verschilt van de kunstenaar, dat de huisvrouw creëert, dat de kunstpraktijk een levenspraktijk is en niet het eigendom van de elite.*
En dan zijn er nog de mensen voor wie, aldus Potter, het gebruik van de naam kunstenaar betekent dat zij daarmee het recht pakken op iets dat hen systematisch is ontzegd: het recht om op grote schaal te werken met ideeën binnen een vorm van productie waarover zij de volledige controle hebben.*
Potter is na de beschrijving van deze drie ‘groepen’ klaar voor de volgende vraag:
Wat betekent het om jezelf een performancekunstenaar te noemen?*
Het meest eenvoudige antwoord op deze vraag is natuurlijk: een kunstenaar die optreedt (een performance doet). De vragen die dan, naar mijn idee terecht, onmiddellijk opkomen bij Potter zijn: Is een performance door een kunstenaar anders dan andere vormen van een publiek optreden en entertainment? Is de kunstvorm performance op de een of andere manier naar een hoger plan getild, namelijk de status van een kunstvorm?*
Om deze vragen te beantwoorden kijkt Potter naar de dadaïsten, futuristen en surrealisten. Voor hen was de performances op zichzelf de manier om de functie van kunst te laten verdwijnen, dit radicaal te veranderen – om het verouderde aura van de ‘hoge cultuur’ aan te vallen.