De feministische opvatting van subjectiviteit (zie aflevering 439) hangt samen met de bevindingen van de vrouwenbeweging. De zogenaamde, door mannen gepromote, objectieve ideologie blijkt door onderzoek van feministen vooral een weerslag van subjectiviteit. Het gezin, persoonlijke relaties, politieke structuren, schijnbaar onbelangrijke acties, woorden en voorwaarden, spelen allemaal een rol in de totstandkoming van ‘objectieve’ ideeën, idealen, theorieën, geschiedschrijving.*
Kortom, glasheldere objectiviteit bestaat niet.
De vrouwenbeweging heeft volgens Sally Potter ook laten zien dat een samenleving met machtsrelaties die zijn gebaseerd op sekse-, raciale en klassenverschillen, deze verschillen inprent in de vroege kinderjaren. Hierdoor gaan mensen deze verschillen ervaren als ‘natuurlijk’ en doen ze geen enkele moeite meer om op zoek te gaan naar rationele verklaringen.*
En zo lijkt de positie van de witte middenklasse man ‘natuurlijk’, wat vanzelfsprekend riekt naar partijdigheid en irrationaliteit, aldus Potter. Het verhult wat werkelijk wordt gedacht en wat subjectief wordt ervaren als het gaat om sekse, ras en klasse. In de door mannen gedomineerde kunstpraktijk heeft dit geleid tot een nadruk op formalisme, ‘zuiverheid’, kunst om de kunst (l’art pour l’art), en het afschrijven van de afbeelding (zie ook de afleveringen 265-379, over platheid in de kunst).*
De kunstenaars die de feministische opvatting van subjectiviteit als basis voor hun werk gebruiken, doen dat in het kader van een totaalstrategie: het herijken van het domein van het vrouwelijke, ofwel dit door mannen negatief gekarikaturiseerde gebied een nieuw aanzien geven op basis van de eigen vrouwelijke voorwaarden.*
Dit betekent dat de vrouwelijke kunstenaar zich juist volledig richt op de persoonlijke ervaring en persoonlijke relaties, bij voorkeur niet van plan is om te generaliseren, en voorrang geeft aan het emotionele in plaats van het intellectuele leven. Als je anders kijkt naar deze kenmerken, schrijft Potter, dan zul je erachter komen dat al die dingen die als onbelangrijk zijn afgedaan in feite van diepgaand politiek belang zijn.*
Het promoveren van de vrouwelijke subjectiviteit tot de status van objectief belang is voor sommigen kunstenaars een prioriteit. Welke benaderingen en werkwijzen volgen dan uit deze subjectiviteit?