Afbeelding van de site van de kunstenaar.
De mannelijke kunstenaars die hun neus ophalen voor een ‘muf en ongeïnspireerd 9-5 kostwinnerisme’ en hebben gekozen voor een bestaan buiten de samenleving, zijn volgens Elona Bennet wel iets kwijtgeraakt (zie aflevering 536).*
Deze mannen hebben het contact met hun onderwerp verloren. Of beter gezegd: de manier waarop zij zich verhouden tot hun onderwerp is zo negatief, dat stijl en uitvoering de enige criteria worden. Zij formaliseren en abstraheren creativiteit, aldus Bennet.*
Procreëren (voortbrengen, scheppen) echter is een daad die alle vrouwen als geboorterecht hebben, schrijft Bennet. Vrouwen hoeven niets af te wijzen om creatief te zijn. De levens van vrouwen worden gedomineerd door het creëren van leven: naaien, koken, babysitten, huishoudelijk werk.*
Hoewel slechts één op de duizend vrouwen op nationaal niveau naar het vervolgonderwijs gaat, heerst er op de kunstacademies gelijkheid, vervolgt Bennet. Maar als je beter kijkt, dan blijkt dat mannen en vrouwen nog steeds in traditionele rollen vallen: mannen domineren het veld van de beeldende kunst, vrouwen het veld van design.*
Wat voor mannen en vrouwen geldt is dat beeldende kunst in essentie een elitaire activiteit is. Bovendien wordt aan iets dergelijks als ‘talent’ voortdurend getwijfeld. De kunstenaar (m/v) heeft te maken met een toenemende onzekerheid die het verlangen om kunst te maken gaat overheersen.*
Dat is rot voor mannen, maar is dat op dezelfde manier rot voor vrouwen?
*Uit: Elona Bennett, Venus de Milo: Virgin on the Rocks. In: Framing Feminism, Art and the Women’s Movement 1970-85. Eds. Roszika Parker en Griselda Pollock, Pandora Press, Londen, 1987, pp.155.