Feuilleton Abramovic - PhD

Aflevering 744 Wortels vrouwenonderdrukking: Federici (2)

Vrouw met mandje spinazie. In de middeleeuwen verbouwden veel vrouwen geneeskrachtige kruiden. Hun kennis ervan is een van de geheimen die ze van generatie op generatie hebben doorgegeven. Uit: Caliban and the witch, 2004, p.19. Inkleuring: Susan Hol.

Elke fase van kapitalistische globalisering is gepaard gegaan met de terugkeer van de meest gewelddadige aspecten van primitieve accumulatie (zie ook aflevering 743). Volgens Federici toont dit aan dat het voortdurend verdrijven van boeren van het land, oorlog en plundering op wereldschaal, en de degradatie van vrouwen, noodzakelijke voorwaarden zijn voor het bestaan van het kapitalisme in alle tijden. Als Marx oog had gehad voor de situatie van vrouwen, dan had hij volgens haar nooit het idee gekregen dat kapitalisme de weg vrijmaakt naar de bevrijding van de mens. De geschiedenis laat namelijk zien dat zelfs als mannen een bepaalde mate van formele vrijheid bereikten, vrouwen altijd behandeld zijn als sociaal inferieure wezens en zijn uitgebuit.*

Federici wil in haar analyse niet alleen een verborgen geschiedenis van vrouwen zichtbaar maken, ze wil ook de aandacht vestigen op een specifieke vorm van uitbuiting. Het is daarmee een nieuw en uniek perspectief op de geschiedenis van kapitalistische relaties. Ze schrijft dat ze met haar project niet de eerste is, dat ze op de schouders staat van al het werk dat door de vrouwenbeweging is verricht. Deze beweging heeft eerst een chronologisch raamwerk geproduceerd, vervolgens een berg kritische werken, plus vele monografieën die talloze vrouwen uit de vergetelheid hebben gerukt.*

Het essay Did women have a Renaissance? (1977) van Joan Kelly (1928-1982), bijvoorbeeld, ondermijnt de klassieke historische periodisering die de renaissance verheerlijkt als een uitstekend voorbeeld van culturele prestatie. Carolyn Merchant (1936) betwist het geloof in het sociaal-progressieve karakter van de wetenschappelijke revolutie in haar The Death of Nature (1980). Zij laat zien dat het wetenschappelijk rationalisme een culturele verschuiving teweegbracht, van een organisch naar een mechanisch model, waarmee mannen de uitbuiting van vrouwen en de natuur legitimeerden.

Vooral belangrijk is Patriarchy and Accumulation on a World Scale (1986) geweest, van Maria Mies (1931), schrijft Federici. Het is inmiddels een klassieker. Mies onderzocht in dit werk opnieuw de kapitalistische accumulatie vanuit een niet-eurocentrisch gezichtspunt. Ze verbond hiermee het lot van vrouwen in Europa met dat van Europa’s koloniale onderdanen. Er ontstond een nieuw begrip van de plaats van vrouwen in het kapitalisme en het globaliseringsproces. Federici geeft aan dat zij met haar boek schatplichtig is aan al het werk van deze en andere wetenschappers (v), al is haar historische reikwijdte ruimer. Waarom? Wel ze verbindt de ontwikkeling van het kapitalisme enerzijds met de sociale strijd en de reproductiecrisis van de late feodale periode, en anderzijds met wat Marx de ‘vorming van het proletariaat’ heeft genoemd. Haar boek belicht een aantal historische en wetenschappelijke vragen die centraal hebben gestaan in de debatten over de geschiedenis van vrouwen en feministische theorieën.*

De belangrijkste historische vraag voor Federici is hoe ze de executie van honderdduizenden ‘heksen’ aan het begin van de moderne tijd moet verklaren, en wat ze moet denken van het feit dat de opkomst van het kapitalisme even oud is als de oorlog tegen vrouwen. Ze maakt daarbij gebruik van een raamwerk dat feministische onderzoekers hebben ontwikkeld. Het is algemeen aanvaard dat de heksenjacht gericht was op het vernietigen van de controle van vrouwen over hun reproductie (voorplantings) functie en dat het de weg vrij moest maken voor de ontwikkeling van een onderdrukkender patriarchaal regime.*

Een geschiedenis van vrouwen en reproductie op de weg naar kapitalisme moet beginnen bij het Europees middeleeuws proletariaat. Kleine boeren, ambachtslieden en dagloners vochten tegen de feodale macht in al haar vormen. Het kapitalisme is het antwoord daarop van feodale heersers, de patricische kooplieden (adel), de bisschoppen en pausen: het is hun contrarevolutie. Het kapitalisme is dus niet het product van een evolutionaire ontwikkeling die economische krachten voortbracht die aan het rijpen waren in de schoot van een oudere orde. Welnee, het vernietigde de mogelijkheden van de anti-feodale strijd. Als deze mogelijkheden waren gerealiseerd, had het de immense vernietiging van levens en de natuurlijke omgeving – hét kenmerk van de opmars van kapitalistische betrekkingen wereldwijd – kunnen voorkomen. Federici wil dit benadrukken, want het idee dat het kapitalisme voortkwam uit het feodalisme en dat het staat voor een hogere vorm van sociaal leven is nog niet verdwenen.*

*Silvia Federici,Caliban and the witch, 2004.

About the author

Susan Hol

Ontdek meer van Susan Hol

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder