De grote vraag is natuurlijk, gezien het geschrevene in aflevering 767, waarom in de loop van een eeuw de ketter een vrouw werd, en waarom een religieuze en sociale overtreding (ketters) veranderde in vooral een misdaad op het gebied van voortplanting (reproductie). Federici bespreekt verschillende verklaringen.*
Margaret Murray (1863-1963), Engels antropoloog, schrijft in haar boek The Witch-Cult in Western Europe (1921) dat hekserij een oude matrifocale (vrouwen als middelpunt) religie is en dat dit een nieuw doel voor de inquisitie werd na het neerslaan van ketterij. Ze waren en bleven namelijk bang voor mensen die anders dachten dan kerk en staat. Volgens Murray’s theorie waren de vrouwen die door demonologen als heksen werden vervolgd, beoefenaars van oude vruchtbaarheidsculten die geboorte en voortplanting gunstig wilden stemmen. Deze cultussen bestonden al duizenden jaren in de mediterrane gebieden, maar de kerk vond het heidense rituelen en voelde zich aangetast in haar macht. Wat de theorie van Murray ondersteunt is dat vroedvrouwen aangeklaagd werden en dat geboorte tot de zestiende eeuw een vrouwelijk ‘mysterie’ was.*
Nadeel van Murray’s theorie is dat het de timing van de heksenjacht niet kan verklaren, aldus Federici, en ook niet waarom autoriteiten deze vruchtbaarheidsculten zó afschuwelijk gingen vinden dat ze opriepen tot de uitroeiing van de vrouwen die de oude religie beoefenden. Een andere verklaring die Federici noemt voor de opvallende aanwezigheid van reproductieve misdaden in de heksenprocessen, is de hoge kindersterfte in de zestiende en zeventiende eeuw door de toename van armoede en ondervoeding (met dank aan de landonteigeningen der kapitalisten, schrijf ik er even ter herinnering bij). Volgens deze verklaring kregen heksen de schuld van het feit dat zoveel kinderen stierven, zo plotseling stierven, kort na de geboorte stierven, of kwetsbaar waren voor een breed scala aan kwalen.*
Federici vindt deze verklaring ook onvoldoende, want het houdt geen rekening met het feit dat vrouwen die als heks werden bestempeld eveneens werden beschuldigd van het voorkomen van conceptie. Daarnaast plaatst het de heksenjacht niet in de context van het economische en institutionele beleid van de zestiende eeuw. Het mist bijvoorbeeld het belangrijke verband tussen de aanval op heksen en de ontwikkeling van een nieuwe zorg, onder Europese statistici en economen, over de kwestie van reproductie en bevolkingsomvang, ofwel de omvang van de beroepsbevolking. Arbeid werd vooral in de zeventiende eeuw een urgent probleem (zie bijv. ook de afleveringen 750 en 756), toen de bevolking in Europa opnieuw begon af te nemen. Een schrikbeeld doemde op, van een demografische ineenstorting.*
Even terzijde: Op zoek naar wat ‘demografische ineenstorting’ nu precies betekent, blijkt dit een wat rare term. Demografie is de wetenschap die de kwantitatieve (hoeveelheid, grootte) aspecten van de bevolking bestudeert. Deze wetenschap geeft de statistische beschrijving van de bevolking, met gegevens over zaken als geboorte, sterfte en huwelijk. Het is een leer van de opbouw en samenstelling van bevolkingen. Je kunt dus wel spreken van demografische (het bijvoeglijke naamwoord) gegevens (de gegevens die wetenschappers verzamelen), maar wat stort er precies ineen bij ‘demografische ineenstorting’? Al snap ik heus wel, gezien de context, dat men bang was voor te grote afname van de bevolking.
Die angst voor te weinig arbeidskrachten, aldus Federici, maakt het aannemelijk dat de heksenjacht, in ieder geval gedeeltelijk, een poging was om geboortebeperking strafbaar te stellen en het vrouwelijk lichaam, de baarmoeder om precies te zijn, in dienst te stellen van bevolkingsgroei en van de productie en accumulatie van arbeidskracht. Dit is een hypothese, stelt Federici, maar wat zeker is, schrijft ze, is dat de heksenjacht werd gepromoot door een politieke klasse die zich bezighield met bevolkingskrimp en die gedreven werd door de overtuiging dat een grote populatie de rijkdom van de natie is.*
Een ander feit is dat de zestiende en zeventiende eeuw de hoogtijdagen van het mercantilisme waren, de economische leer die bevordering van handel en nijverheid vooropstelt en de grootst mogelijke voorraad goud en zilver als rijkdom van een volk ziet. Het Europees mercantilisme, met als doel de export te maximaliseren en de import te minimaliseren, gaat meestal gepaard met imperialisme, importtarieven en subsidies op verhandelde goederen. Daarnaast werd in die zestiende en zeventiende eeuw een begin gemaakt met demografische registratie (geboorten, sterfgevallen, huwelijken), werden er volkstellingen gehouden en werd de demografie zelf formeel de eerste ‘staatswetenschap’. Kortom, de politieke kringen die aanzetten tot de heksenjacht waren behoorlijk warmgelopen voor het idee dat het beheersen van volksbewegingen van strategische belang was.*
Bekend is ook dat veel ‘heksen’ vroed- of wijze vrouwen waren, traditioneel de bron van kennis over reproductie en de controle ervan. Het beruchte boek Malleus Maleficarum, ofwel de Heksenhamer, het handboek met de meest effectieve foltermethoden, wijdt een heel hoofdstuk aan deze vrouwen. Daarin beweert de schrijver dat deze vroed- of wijze vrouwen erger zijn dan welke andere vrouw dan ook, omdat ze de moeder helpen de vrucht van haar baarmoeder te vernietigen. De schrijver noemt het een samenzwering die gemakkelijker wordt gemaakt door mannen uit te sluiten van de bevallingskamers. Het advies luidt dat geen enkele vrouw deze kunst mag beoefenen, tenzij ze eerst aantoont een ‘goede katholiek’ te zijn geweest. Een golf van toenemende controle en overname door mannelijke artsen volgde op deze aanbeveling (zie aflevering 754).*
*Silvia Federici, Caliban and the witch, 2004; de afbeelding komt van een bron die ik pas 26 maart 2023 vond: The anarchist library.